Regio | Islay |
---|---|
Leeftijd | 9 jaar |
Distiller | Laphroaig Distillery |
Bottling | Meadowside Blending |
Vat | refill hogshead |
Alcoholpercentage | 54,4% |
Vat nummer | 162 |
Fles nummer | 1 van 294 | Non-chillfiltered | ja |
Onze notities:
De Laphroaig distilleerderij is misschien wel de meest bekende distilleerderij op Islay. Buiten de geproduceerde whisky's, die turfig en jodiumachtig zijn, heeft hun marketing daar wel voor gezorgd. Bekend is de actie waarbij je eigenaar werd van een vierkante voet met het recht op een gratis dram als je je stukje land ging bezoeken.
Velen van ons hebben zo'n vierkante voet eiland. Dit is een botteling van The Maltman (Meadowside Blending), een redelijk nieuwe, maar alreeds gesettelde bottelaar, die sinds een paar jaar de markt voedt met erg mooie whisky's.
Bessie Williamson was de eerste vrouwelijke distillery manager van de Laphroaig distilleerderij. En zij was in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw verantwoordelijk voor een sterke groei in populariteit van Laphroaig. Deze whisky is naar Williamson vernoemd en is een zwaar geturfde whisky van de Laphroaig distilleerderij die is gerijpt in een refill hogshead.
De neus vult zich eerst met duidelijke invloeden uit de zee. Zilte zeelucht gevolgd door zoete turfrook weerspiegelt direct de Islay-invloeden, waarna meer medicinale invloeden volgen. De smaak is heerlijk dekkend, maar lekker zacht met eerst slagroom en daarna gerookte ham, gekonfijte amandelen en donkere kruiden.
Op de achterkant van de tong nemen de medicinale invloeden het over en geven de whisky een prachtige diepte en warmte. De afdronk is lang en bevredigend.
Reacties tijdens de proeverij:
De neus was zoet met bastognekoek, kandij, wat veel peper en hout met vanille, maar ook met een RVS pisbaklucht uit de Boomgaard (sic!). De smaak was voor de een een beetje laf, terwijl en ander het een waanzinnige balans vond geven. Peper, caramel, turf, gedroogde bananenchips uit de reformwinkel, toch wel een typisvh Laphroaig smaakje, rokerig, ziltig en boterig.
De afdronk was erg lang met sterk in de rook. De een vond het een aperitief en een ander de "Dalwinnie van Islay", in ieder geval een topper en géén kraanwater..., waar men blij van werd.